Erik Ros

Erik Ros (53, Alkmaar) wandelt en fietst. Wandelen wordt vaak onderschat, vindt hij. Net als voor hardlopen en fietsen moet je er wel degelijk voor trainen.

Blaren
‘Mijn eerste evenement van Le Champion was de 30 van Zandvoort, ik denk een jaar of zes geleden. Ik weet nog dat ik dacht: dat doe ik wel even, dat red ik wel. Maar een lange wandeltocht is veel zwaarder dan je zou denken. Daar vergissen mensen zich nog wel eens in. Dat overkwam mij dus ook. Vooral het laatste stuk was pittig. Ik kreeg last van blaren. Had ook het verkeerde schoeisel. Oude bergschoenen, waar je bij vlakkere tochten niet echt mee uit de voeten kunt. Sindsdien verschijn ik beter voorbereid aan de start.’

Startvak
‘Wandelen doe ik vaak met mijn vrouw Monique. We hebben in de loop der jaren heel wat tochten gelopen, zoals de Egmond Wandel Marathon, in de buurt van onze woonplaats Alkmaar, het Soester Wandelweekend, de Dam tot Dam Wandeltocht en de 30 van Zandvoort. Toch is het wat betreft Le Champion voor mij allemaal begonnen met fietsen. Dat doe ik ook, redelijk fanatiek. Jaarlijks doe ik mee aan Egmond-Pier-Egmond. De eerste keer stond ik in een vak achteraan. Ik moest lang wachten voor ik kon vertrekken. Iemand vertelde me toen dat je vooraan mag starten als je lid bent. Zo is het gegaan.’

Tempo
‘Ik ben geen snelle loper. Bij een langere tocht loop ik denk ik vijf tot 5,5 kilometer per uur. Als ik samen met Monique ga, merk ik altijd dat zij een iets hoger tempo heeft. Als er een tocht aankomt, zorg ik dat ik goed getraind ben. Ik zorg dat ik in het voorafgaande weekend een wandeling van minimaal een uur of drie, vier in de benen heb. Dat is een goede basis.’

Wandelroutes
‘In onze omgeving heb je prachtige wandelroutes. Het gebied tussen bijvoorbeeld Alkmaar en Bergen of verderop richting Castricum is mooi. We zitten zo in de duinen. Daar kun je heerlijk wandelen. Ook als we op vakantie gaan, pakken we vaak een wandeling mee. Een van de mooiste tochten was in de Verenigde Staten, in Utah, het Bryce Canyon National Park. Als we in zo’n natuurgebied komen, kijken we meestal meteen even of er een mooie wandelroute te vinden is.’

Lijdensweg
‘Nee, onderschatten doe ik het wandelen niet meer. Ik zie het bij tochten nog regelmatig om me heen gebeuren. Mensen komen soms strompelend over de streep. Als je niet getraind bent, kunnen de laatste kilometers echt een lijdensweg zijn. In de loop der jaren ben ik een betere wandelaar geworden. Ik ruim er meer tijd voor in. Het thuiswerken door de coronacrisis heeft wat dat betreft geholpen. Ik maak altijd wel even een lunchwandeling in de buurt, en als het kan ga ik ’s avonds nog minimaal een uur erop uit.’

Hotelletje
‘Het gaat mijn vrouw en ik niet puur om het wandelen. Het is alles eromheen. Als we meedoen aan het Soester Wandelweekend nemen we bijvoorbeeld een hotelletje. Het gaat ons om de gezelligheid, ook onderweg, want de langere tochten loop je nooit in één stuk. Je stopt even bij een verzorgings- of stempelpost, voor een lunch of een bakkie. Even lekker zitten. Zeker als het mooi weer is, is dat echt genieten.’

Le Champion magazine
Dit interview met Erik Ros, lid van Le Champion, stond in het Le Champion magazine (voorjaar 2022) dat alle leden ontvangen. Lees meer over het lidmaatschap van Le Champion.
12-05-2022